Het Stedelijk Landschap

Hoe ziet jou leefomgeving eruit? Beschrijf het huis, de straat en de wijk waar je in woont. Geef daarbij aan wat de positieve en wat de negatieve kanten van die leefomgeving zijn.

 Het is vrij nieuw en modern. Het is er erg rustig net een vakantiepark. Voor  mijn huis ligt een heel groot park en achter mijn huis een rivier De Does en het groene hart. Het is een ruim huis. Onze wijk is best open dus als het waait, waait het erg hard. Je kan echt genieten van de rust hier, er is hier bijna geen verkeer, af en toe een paar auto’s. Alleen het nadeel is dat er bepaalde mensen zijn die zich met allemaal dingen bemoeien of zij de baas zijn.

 Geef een beschrijving van je droomhuis en de plek waar dat zou moeten komen te staan. Leg uit of dat volgens jou over 15 jaar nog tot de mogelijkheden behoort in Nederland.

 Ik vind dat ik al in een droomhuis woon. Ik zou er niet heel veel aan willen toevoegen. Misschien een zwembad, dat zou wel leuk zijn. Met dit droomhuis wil ik wel in Amerika wonen of misschien toch in Nederland. Want je hebt in die landen de studies die ik wil doen. En dit zijn de beste landen om dat te doen.

 Nederland:

Een permanent gevecht tussen stad en platteland. Stedelijke groei vooral in Utrecht. De getinte gebieden geven de toename van het oppervlak voor stedelijk gebruik aan. De roei is groter naarmate het gebied een donkerder tint heeft. Stedelijke groei is een optelsom van de nieuwbouw van woningen en bedrijventerreinen. Bij de donkere vlekken aan de Moerdijk, rond Vlissingen, Middelburg en Terneuzen gaat het ook om nieuwe haventerreinen

 

 (bron: de Volkskrant 13-4-2001) 

Bekijk onderstaande afbeelding aandachtig. Hoe denk je dat Nederland er over 50 jaar uit zal zien ? Denk daarbij niet alleen aan hoe de huizen eruit zien, maar ook hoe en of er nog dorpen en steden zullen zijn, wat de rol van de natuur is, en hoe de infrastructuur van Nederland eruit ziet.

Ik denk dat er goed over is nagedacht. En dat we nog veel natuur over hebben. En het op zo’n manier is gebouwd, dat er veel mensen kunnen wonen maar niet veel plek in neemt.

 B       Tijdens het kijken:

 In het programma wordt uitgelegd wat de Woningwet is. Inventariseer op welke manier er daarna met de inrichting van Amsterdam is omgegaan. Wat concludeer je daaruit ?

Dat de overheid bepaalt wat er wordt gebouwd zodat mensen niet in slecht levensomstandigheden leven.

 Leg uit wat volgens Liesbeth van de Pol een architect voor iemand is.

Iemand die gedreven wordt om dingen te doen, te maken.

 De architect Carel Weber heeft het over het (ge) wilde wonen. Vergelijk de door diverse architecten ontworpen woningen uit Almere die getoond worden met de 'wilde' woningen van Weber. Komen volgens jou de ideeën van Weber in zijn woningen tot uitdrukking ? Betrek de woningen van Carel Weber en de andere architectuur uit Almere in je antwoord.

Woningen die mensen bedenken, maar de staat beslist nog wel het grote deel. De bewoners kunnen alleen binnen muren veranderen. Dus zijn het niet echt (ge)wilde woningen, omdat de staat nog alles beslist en alle huizen op elkaar lijken.

 Bart Reuser heeft een eigen kijk over hoe het met Nederland verder moet. Bekijk en beluister goed wat hij daarover zegt. Hoe vind je zelf dat het verder moet met de inrichting van Nederland?

  Ze moeten nog wel natuur overhouden  en niet daarop bouwen. Er moet wel een grens zijn van het bouwen . Natuur hebben we ook nodig!